Interview met Theo van Empel
Interview met de gebiedsregisseur van Tussen Buis en de Moeren. De naam van het gebied is gedurende het proces gewijzigd: aanvankelijk verwezen we naar het gebied als ‘Oude Buisse Heide’.
Wat gebeurt er in de Oude Buisse Heide? We praten erover met de gebiedsregisseur Theo van Empel. Hij woont al bijna 25 jaar in het buitengebied van Zundert, de Moeren. Hoe is hij betrokken geraakt bij de pilot?
“Als afgevaardigde van het buitengebied werd ik lid van de dorpsraad Klein Zundert. En vanuit die rol bij de dorpsraad ben ik een paar keer uitgenodigd om bijeenkomsten van de pilot Raamberg bij te wonen.”
Daar hoorde Theo meer over de pilot Vitaal Buitengebied. Wat trok hem daar zo in aan? “De kwaliteit van het leven van het buitengebied hangt met allerlei aspecten samen. Al die verschillende kanten samen, het recreëren, ondernemen en leven, dat interesseert me. Even later is me gevraagd of ik de regie van het pilotgebied Oude Buisse Heide wilde versterken en dat doe ik nu samen met Linda Godrie.”
Theo is naast regisseur zelf buurtbewoner van zijn pilotgebied en dat kent zo z’n voordelen: hij kent het gebied goed en ook de meeste mensen die er wonen. Met elkaar blijven praten over plannen en ideeën, dat vindt hij belangrijk. “Als je met elkaar in gesprek gaat, dan kom je achter iemands beweegredenen. Wat drijft iemand?”
Om inwoners uit Oude Buisse Heide te betrekken bij de pilot, is een bewonersbrief opgesteld. Deze is door Theo en Linda met de fiets bezorgd. “Dan kijk je toch ook weer even met andere ogen naar je gebied”, zegt Theo enthousiast. Op de brief kwamen veel reacties van particulieren en ondernemers: mensen uit het gebied willen graag meepraten. Als opvolging is een groot aantal fysieke keukentafelgesprekken geweest, vaak in combinatie met online gesprekken i.v.m. de corona beperkingen.
Wat maakt de Oude Buisse Heide nu zo anders dan andere gebieden in de pilot?
“In dit gebied speelt de natuur een hele grote rol.” De schoonheid van deze natuur trekt de laatste jaren veel recreatief verkeer. Dat is een belangrijk knelpunt in het gebied. De inwoners ervaren soms veel druk van het recreatieve gebruik van het gebied. Theo illustreert: “Denk aan wielrenners in het weekend. Recreanten die zich vastrijden in het zandpad. Daar zou wel iets aan gedaan kunnen worden, die recreatieve stromen beter reguleren.”
Iets anders dat speelt, is de behoefte aan alternatieve woonvormen. Kunnen schuren of gebouwen een andere functie krijgen? Hoe kan het buitengebied gebruikt worden als woongebied? Er zijn al enkele initiatieven voor alternatieve woonvormen, sommige in een vergevorderd stadium. Daarnaast is er nog een opgaaf vanuit natuur: er moet een bepaalde hoeveelheid landbouwgrond omgezet worden in natuur of natuurinclusieve landbouw. Hoe kunnen boeren die grond in bezit hebben, hierbij ondersteund worden?
Het valt Theo op dat er nog relatief weinig initiatieven vanuit bedrijven komen. Er zijn wel enkele landbouwbedrijven die uitbreidingsplannen hebben. De ligging maakt het voor hen soms lastig, bedrijven zitten soms klem in of tegen het natuurgebied. Toch is de pilot gericht op kijken naar de mogelijkheden, wat er wel mag. Er gaat binnenkort een tweede bewonersbrief uit om nog meer reacties op te roepen. Hopelijk stimuleert dit bedrijven om ook met hun ideeën en plannen te komen.
Theo legt uit: “Er spelen in dit gebied echt veel thema’s die heel belangrijk en actueel zijn. Bijvoorbeeld de druk op de landbouw. Ik zou het heel zonde vinden als er straks heel weinig landbouw over zou blijven. Het zou mooi zijn als we daarin een balans kunnen vinden. Wat zou helpen, bijvoorbeeld als het gaat om alternatieve woonvormen, is dat we duidelijker richtlijnen krijgen vanuit de overheden. Daar is behoefte aan.”
Hoe krijgen al deze thema’s straks nog meer vorm?
De beperkingen rondom de coronacrisis maakt het soms wel moeilijker om elkaar als groep te vinden en te inspireren, besluit Theo.
“We willen het momentum wel vasthouden. We moeten toch samen een plan creëren voor de visie van het gebied. En als je echt bij elkaar zit, dan lukt dat toch net iets beter. Het mooiste zou zijn als we met elkaar de kaarten op tafel kunnen leggen en elkaar inspireren. Dat is uiteindelijk wat je wil bereiken. Hopelijk kunnen we dat snel doen. ”